|
|
Regel 111: |
Regel 111: |
| {{Linkssectie tussenkop | | {{Linkssectie tussenkop |
| |Koptekst= Encyclopedie: | | |Koptekst= Encyclopedie: |
− | }}
| |
− | {{Link intern
| |
− | |Link= E06.07.03 - Realistische modelbomen
| |
− | |Linknaam= Realistische modelbomen
| |
− | |ExtraInfo= Naaldbomen van ijzer- of koperdraad
| |
| }} | | }} |
| {{Link intern | | {{Link intern |
Regel 125: |
Regel 120: |
| |Link= E04.06 - Coulissen en verdwijnpunten#Het 'bos' | | |Link= E04.06 - Coulissen en verdwijnpunten#Het 'bos' |
| |Linknaam= Coulissen en verdwijnpunten | | |Linknaam= Coulissen en verdwijnpunten |
| + | }} |
| + | {{Link intern |
| + | |Link= E03.02 - Een realistisch ontwerp |
| + | |Linknaam= Een realistisch ontwerp |
| + | }} |
| + | {{Link intern |
| + | |Link= E06.07.03 - Realistische modelbomen |
| + | |Linknaam= Realistische modelbomen |
| + | |ExtraInfo= Naaldbomen van ijzer- of koperdraad |
| }} | | }} |
| {{Linkssectie scheiding}} | | {{Linkssectie scheiding}} |
Versie van 13 sep 2012 om 17:43
Onder redactie van: BeneluxSpoor.net / Auteur: Hans van de Burgt
Bomen zijn in model veel groter dan u denkt.
Voordat u met het maken van modelbomen gaat beginnen, is het van belang dat u allereerst naar de natuur kijkt. Kleuren, vormen, maar vooral de hoogte van de bomen verdienen daarbij aandacht. Het is raadzaam foto's te maken. Handig is ook een boekje waarin bomen zijn afgebeeld, zoals Modellbahn Technik van Alba (ISBN 3-87094=414-5).
|
Afbeelding: E06.07.01-01
|
Realistische bomen
|
Foto gemaakt door: Jos Geurts
|
Bomen kunnen, afhankelijk van de soort, ongeveer 50 meter hoog worden. Dergelijke grote bomen zullen echter op uw modelbaan niet passen, simpel omdat ze veel te groot en veel te overheersend zullen zijn. Het is dus van belang te zoeken naar een compromis. Gaat u uit van een verhouding van 1:100, dan komt u met een Eik van 30 meter uit op ongeveer 30 cm. Werkelijk op schaal 1:87 (H0), komt u uit op ongeveer 34 cm.
Is dat naar uw mening nog te groot, dan kunt u een verhouding aanhouden van driekwart van de schaalhoogte. In dit voorbeeld komt dit neer op 26 cm.
In onderstaande tabel staan de schaalhoogten vermeld van diverse bekende boomsoorten in Europa:
Boomsoort
|
Werkelijk
|
1:87 (H0)
|
|
(meter) |
(centimeter)
|
Berk |
25 |
29
|
Beuk |
40 |
46
|
Den |
40 |
46
|
Eik |
30 à 40 |
34 à 46
|
|
Boomsoort
|
Werkelijk
|
1:87 (H0)
|
|
(meter) |
(centimeter)
|
Els |
25 |
29
|
Es |
35 |
40
|
Esdoorn |
25 |
29
|
Iep |
35 |
40
|
|
Boomsoort
|
Werkelijk
|
1:87 (H0)
|
|
(meter) |
(centimeter)
|
Kastanje |
35 |
40
|
Knotwilg |
25 |
29
|
Larix |
35 |
40
|
Linde |
30 |
34
|
|
Boomsoort
|
Werkelijk
|
1:87 (H0)
|
|
(meter) |
(centimeter)
|
Plataan |
20 |
23
|
Populier |
50 |
57
|
Spar |
50 |
57
|
Wilg |
25 |
29
|
|
E16.07.01-02
|
Tabel gemaakt door: Ronald Koerts/Gegevens van Jos Geurts
|
Doordat zelfs bomen, waarbij concessies zijn gedaan aan de schaalhoogte, nog altijd zeer fors uitvallen, kunt u ze prima gebruiken om treinen te laten verdwijnen (zie het artikel Coulissen en verdwijnpunten bij 'Meer informatie').
Bedenk - voordat u aan de slag gaat - welke boomsoort u wilt nabouwen (nabootsen). Daarbij kunnen allerlei overwegingen een rol spelen. Zo komen midden in de stad natuurlijk geen Pijnbomen voor en ook Berken zijn er zeldzaam. U zou dan beter kunnen denken aan een alleenstaande Kastanje, Iep of Beuk. Langs landweggetjes echter, komt u Populieren en Wilgen tegen. Bepaalde soorten komt u daarbij vaak tegen in groepen, zoals Pijnbomen, Eiken en Berken. Denk, voor de Nederlandse verhoudingen, ook eens aan Knotwilgen langs sloten of aan Leilinden bij de voorgevels van boerderijen.
Meer informatie
Encyclopedie:
|
|
Loofbomen van ijzer- of koperdraad
|
|
|
|
Naaldbomen van ijzer- of koperdraad
|