Persoonlijke instellingen

Diodeschakeling: verschil tussen versies

Uit BeneluxSpoor.net - Encyclopedie
Ga naar: navigatie, zoeken
(Nieuwe pagina aangemaakt met '__NOTOC__ <small><center>''' E10.05 - Terugmelding - Vorige | Volgende - E10.06 - Geautomatiseerd rijden'''</center></small> ---- <small>Onder redactie van: Be…')
 
k
Regel 5: Regel 5:
 
<br /><br />[[bestand:NiveauGevorderde.PNG|35px]]
 
<br /><br />[[bestand:NiveauGevorderde.PNG|35px]]
 
----
 
----
 +
 +
 +
 +
In bewerking. Fred
 +
 +
 +
 +
 
=== Inleiding ===
 
=== Inleiding ===
 
Deze schakeling staat genoemd in veel handleidingen van bezetmelders. De diodeschakeling is een hulpschakelingen om problemen met bezetmelding op basis van stroomdetectie te voorkomen. De schakeling zorgt ervoor dat de spanning van gedetecteerde stukken en niet gedetecteerde stukken gelijk wordt.
 
Deze schakeling staat genoemd in veel handleidingen van bezetmelders. De diodeschakeling is een hulpschakelingen om problemen met bezetmelding op basis van stroomdetectie te voorkomen. De schakeling zorgt ervoor dat de spanning van gedetecteerde stukken en niet gedetecteerde stukken gelijk wordt.

Versie van 6 mei 2010 om 20:25

E10.05 - Terugmelding - Vorige | Volgende - E10.06 - Geautomatiseerd rijden

Onder redactie van: BeneluxSpoor.net / Auteur: Ronald Koerts

35px



In bewerking. Fred



Inleiding

Deze schakeling staat genoemd in veel handleidingen van bezetmelders. De diodeschakeling is een hulpschakelingen om problemen met bezetmelding op basis van stroomdetectie te voorkomen. De schakeling zorgt ervoor dat de spanning van gedetecteerde stukken en niet gedetecteerde stukken gelijk wordt.

Wanneer de diodeschakeling gebruiken?

Deze schakeling moet je toepassen als je digitaal rijdt en je gebruikt bezetmelders op basis van stroomdetectie voor de terugmelding aan je centrale en/of computer. Daarnaast heb je ‘ongedetecteerde stukken’ in je modelbaan.

Wat zijn ongedetecteerde stukken?

Dit zijn stukken in de modelbaan die niet zijn aangesloten op een bezetmelder. Het kan

Waarom gebruikt men ongedetecteerde stukken?

Een bezetmelder kost geld, of je deze nu zelf bouwt of gebouwd koopt. Er kunnen maar een beperkt aantal stukken op een bezetmelder aangesloten, maximaal 8 of 16 stukken. Hoe meer stukken je hebt hoe meer bezetmelders je nodig hebt dus hoe duurder je modelbaan wordt. Sommige treinbesturingssoftware hebben de mogelijkheid om ook goed te werken als niet alle railstukken van de modeltreinbaan (denk bijvoorbeeld aan wisselstraten) op een bezetmelder aangesloten is. Dat bespaart kostbare aansluitingen op een bezetmelder . Alleen dan moet je de diodeschakeling gebruiken om problemen te voorkomen.

Het schema

De diodeschakeling is vrij makkelijk na te bouwen, het enige dat je nodig hebt zijn een aantal diodes (1N001), een weerstand van 4k7 ohm en een experimenteer printplaat. De meeste bezetmelders hebben een spanningsverval van 1.4 Volt, daardoor staat op een stuk dat niet is aangesloten op een bezetmelder een hogere spanning. Dit verschil kan je met twee diodes vereffenen. Doordat digitale spanning een soort wisselstroom is dien je twee keer 2 diodes te gebruiken. De weerstand is optioneel maar hij kan geen kwaad, het advies dan ook deze er tussen te zetten.
E10.05.01-01.jpg
E10.05.01-01
schema diodeschakeling

Je kan natuurlijk voor ieder ongedetecteerd stuk een diodeschakeling bouwen en plaatsen maar dat is niet nodig. Met één diodeschakeling bij de versterker c.q. booster en een extra kabel bij je centrale voedingslijn of ringleiding kan je alle ongedetecteerde stukken voeden. Dan ziet het geheel uit als onderstaande schema.
E10.05.01-02.jpg
E10.05.01-02
schema diodeschakeling inclusief bezetmelders en rails


E10.05 - Terugmelding - Vorige | Volgende - E10.06 - Geautomatiseerd rijden