|
|
(60 tussenliggende versies door 3 gebruikers niet weergegeven) |
Regel 1: |
Regel 1: |
− | <!-- CC Okee -->
| |
| {{Koptekst | | {{Koptekst |
− | |Vorige= E10.04.02 - Puntstuk wissel polariseren | + | |Vorige= Melding |
− | |Volgende= E10.05.01 - Uhlenbrock Loconet-adapter 63840 | + | |Volgende= Detectie van goederenwagens/rijtuigen |
| + | |VorigeMenu= Melding |
| |Auteur= Fred Stevens | | |Auteur= Fred Stevens |
− | |Niveau= Beginner
| |
− | |Aantalwoorden= 00000
| |
− | |Aantalplaatjes= 06
| |
− | |Aantalfilmpjes= 00
| |
− | |Auteursrecht= Nee
| |
| }} | | }} |
− | {{Inhoudsopgave|Rechts|Klein}} | + | {{Inhoudsopgave||Klein}} |
− | Nu we digitaal kunnen rijden en de wissels digitaal kunnen omzetten, is de basis gelegd voor het geautomatiseerd rijden. Wij, als mens, kunnen zien waar een trein zich op de modelbaan bevindt. Wij hebben de handen om de rijregelaar en de wissels te bedienen. | + | Nu er digitaal gereden kan worden en de wissels digitaal omgezet kunnen worden, is de basis gelegd voor het geautomatiseerd rijden. Mensen kunnen zien waar een trein zich op de modelbaan bevindt, met handen om de rijregelaar en de wissels te bedienen. |
| | | |
− | Wilt u dit door een computer laten doen, dan moet de computer 'handen', 'ogen' en 'hersens' krijgen. Met deze drie onderdelen kan de computer uw modeltreinen laten rijden. In dit en de volgende hoofdstukken leggen wij uit wat de ogen, handen en de hersenen van de computer zijn.
| + | Als dit door een computer gedaan moet worden, dan moet de computer "handen", "ogen" en "hersens" krijgen. Met deze drie onderdelen kan de computer de modeltreinen laten rijden. In dit en de volgende hoofdstukken wordt uitgelegd wat de ogen, handen en de hersenen van de computer zijn. Om iets te melden aan de computer kan gebruik gemaakt worden van een '''terugmelder''' of een '''bezetmelder'''. |
| + | === Terugmelder === |
| + | Een terugmelder is een voorziening om informatie terug te sturen naar een centraal systeem. Die informatie kan een bezetmelding zijn, maar ook vele andere signalen die aan de centrale doorgegeven kunnen worden, zoals wisselstand, een knopje op een bedieningspaneel of een contactschakelaar tussen de rails. Er bestaan verschillende terugmeldsystemen, afhankelijk van het type centrale dat gebruikt wordt. Een paar bekende systemen zijn S88 en RS, maar er zijn er nog veel meer. |
| + | === Bezetmelder === |
| + | Een bezetmelder is een voorziening om het bezet zijn van een blok te detecteren. Er zijn verschillende types: d.m.v. [[Woorden - E#Elektrische stroom|stroom]]verbruik, met [[Woorden - R#Reed-contact|reed-contact]], d.m.v. schakelrails, via lichtsluizen of via massadetectie. Elk systeem om een bezette sectie te detecteren is een bezetmelder. Meestal wordt hiermee het stukje elektronica bedoeld dat d.m.v. stroomdetectie bepaalt of er een stroomverbruiker op het spoor staat, zoals; |
| + | * een locomotief; |
| + | * een wagon met licht (lampjes of led-strips); |
| + | * of een wagon met een weerstand tussen de wielen. |
| + | Kort samengevat; een "bezetmelder" detecteert een bezet spoor, een "terugmelder" stuurt informatie terug naar de centrale. Dikwijls worden beide als één geheel aangeboden en dit heet dan een gecombineerde terug/bezetmelder. |
| | | |
− | De terugmelding noemen we de ogen van de computer. Hierdoor weet de computer waar een locomotief zich op de modelbaan bevind. | + | De terugmelding/bezetmelding zijn "de ogen" van de computer. Hierdoor "weet" de computer waar een locomotief zich op de modelbaan bevindt. |
− | | + | === Terugmelders/bezetmelders === |
− | | + | Terug- of bezetmelders zijn er in veel verschillende varianten. De meest bekende vormen van terugmelding/bezetmelding zijn de volgende: |
− | === Terugmelders === | |
− | De 'ogen' dus. Terugmelders zijn er in veel verschillende varianten. De meest bekende terugmelders/bezetmelders zijn de volgende:
| |
| {| | | {| |
| | | | | |
− | * Reedcontacten (Terugmelder) | + | * Reed-contacten (terugmelding); |
− | * Schakelrails (Terugmelder) | + | * Schakelrails (terugmelding); |
− | * Massadetectie (Terugmelder) | + | * Massadetectie (terugmelding); |
− | * Stroomdetectie (Bezetmelder) | + | * [[Woorden - E#Elektrische stroom|stroom]]detectie (bezetmelding), aangesloten op een terugmelder (twee aparte printen); |
− | * Stroomdetectie (Gecombineerde bezetmelder en terugmelder op één print) | + | * Stroomdetectie (gecombineerde bezetmelding en terugmelding op één print). |
| |} | | |} |
− | | + | ==== Reed-contacten ==== |
− | | + | [[Woorden - R#Reed-contact|Reed-contact]]en en schakelrails zijn zogenaamde pulscontacten. Wanneer een loc of treinstel voorbij rijdt, genereren ze heel kort een pulsje, dat door de computer moet worden gezien. Het reed-contact is een schakelaartje in een glazen buisje. Dit schakelaartje wordt geactiveerd wanneer er een magneet in de buurt komt. Door een reed-contact tussen de spoorstaven te plaatsen en een magneetje onder de trein te bevestigen, zal bij het voorbijrijden van de trein het reed-contact heel kort bekrachtigd worden. |
− | === Reedcontacten === | |
− | Reed-contacten of schakelrails zijn zogenaamde pulscontacten. Wanneer een loc of treinstel voorbij rijdt, genereren ze heel kort een pulsje, dat door de terugmelder moet worden gezien. Het Reed-contact is een klein schakelaartje in een glazen buisje. Dit schakelaartje wordt geactiveerd wanneer er een magneet in de buurt komt. Door een Reed-contact tussen de spoorstaven te plaatsen, èn een magneetje onder de trein te bevestigen, zal bij het voorbijrijden van de trein het Reed-contact heel kort bekrachtigd worden. | |
| {{Afbeelding | | {{Afbeelding |
| |Bestand= Digitaal800px-Reed_switch.jpg | | |Bestand= Digitaal800px-Reed_switch.jpg |
| |Grootte= 200px | | |Grootte= 200px |
− | |Volgnummer= E10.05-01 | + | |Volgnummer= 01 |
| |Omschrijving= Reed-contact | | |Omschrijving= Reed-contact |
− | |Bron= André Karwath en [http://nl.wikipedia.org/wiki/Bestand:Reed_switch_(aka).jpg Wikipedia] | + | |Bron= André Karwath en [https://nl.wikipedia.org/wiki/Bestand:Reed_switch_(aka).jpg Wikipedia] [[Bestand:CCimage.jpg|15px|link=https://creativecommons.org/licenses/by-nc-sa/3.0/nl]] |
− | |Auteursrecht= Nee | |
| }} | | }} |
− | | + | ==== Schakelrails ==== |
− | ===Schakelrails === | + | Märklin biedt speciale schakelrails aan. Deze rails is voorzien van twee kleine pallen die boven de railbedding uitsteken en twee schakelaars bedienen. De sleper onder de loc drukt - afhankelijk van de rijrichting - de ene of de andere schakelaar kortstondig in. |
− | Märklin biedt een speciale schakelrails. Deze rails is voorzien van twee kleine pallen, die boven de railbedding uitsteken, en twee schakelaars bedienen. De sleper onder de loc drukt - afhankelijk van de rijrichting - de ene of de andere schakelaar kortstondig in.
| |
| {{Afbeelding | | {{Afbeelding |
| |Bestand= DigitaalSchakelrail.jpg | | |Bestand= DigitaalSchakelrail.jpg |
| |Grootte= 300px | | |Grootte= 300px |
− | |Volgnummer= E10.05-02 | + | |Volgnummer= 02 |
− | |Omschrijving= Märklin schakelrails | + | |Omschrijving= Märklin schakelrails |
| |Bron= {{Bron conrad}} | | |Bron= {{Bron conrad}} |
| }} | | }} |
− |
| |
− |
| |
| === Massadetectie === | | === Massadetectie === |
− | Massadetectie is een terugmeldtechniek voor Drierail. Bij Drierail staat de plus (via de rode draad) op de puntcontacten en de massa (via de bruine draad) op de spoorstaven. U zult nu één spoorstaaf d.m.v. twee isolatielassen moeten isoleren in de rails. Op deze geïsoleerde spoorstaaf sluit u de terugmelder aan. | + | Massadetectie is een terug/bezetmeldtechniek voor drierail. Bij drierail staat de plus (via de rode draad) op de puntcontacten en de massa (via de bruine draad) op de spoorstaven. Eén spoorstaaf moet worden geïsoleerd door middel van twee isolatielassen. Op deze geïsoleerde spoorstaaf wordt de terugmelder/bezetmelder aangesloten. Wanneer een loc of treinstel over de geïsoleerde spoorstaaf rijdt en daarmee dus beide spoorstaven verbindt (de wielen zijn namelijk elektrisch met elkaar verbonden), genereert dit een terugmelding/bezetmelding. Het systeem "weet" nu dat er zich een loc of treinstel bevindt op de plek van die melder. |
| | | |
− | Wanneer nu een trein over de geïsoleerde spoorstaaf rijdt, en daarmee dus beide spoorstaven verbindt, genereert dit een terugmelding. Het systeem weet nu dat er zich een trein bevindt op de plek van die terugmelder.
| + | Bij massadetectie is de kans op een correcte terugmelding/bezetmelding veel groter dan bij een reed-contact of schakelrails. Een reed-contact of een schakelrails geven maar één enkele puls af en als die gemist wordt (of niet komt), zal er geen terugmelding/bezetmelding plaatsvinden. Bij massadetectie is er, als gevolg van de lengte van het geïsoleerde deel van de spoorstaaf, een veel grotere kans op detectie en daarmee neemt de betrouwbaarheid sterk toe. Zie ook het artikel [[Isoleren van Märklin C-rails]]. |
− | | |
− | Bij massadetectie is de kans op een correcte terugmelding veel groter dan bij een reedcontact of schakelrails. Een reedcontact of een schakelrails geven maar één enkele puls af, en als die gemist wordt (of niet komt), zal er geen terugmelding plaatsvinden. Bij massadetectie is er, als gevolg van de lengte van het geïsoleerde deel van de spoorstaaf, een veel grotere kans op detectie, en daarmee neemt de betrouwbaarheid sterk toe. | |
| {{Afbeelding | | {{Afbeelding |
| |Bestand= DigitaalBm3rail.jpg | | |Bestand= DigitaalBm3rail.jpg |
| |Grootte= 275px | | |Grootte= 275px |
− | |Volgnummer= E10.05-03 | + | |Volgnummer= 03 |
− | |Omschrijving= 16-voudige massadetectie | + | |Omschrijving= 16-voudige massadetectie BMD16 |
− | |Bron= Huib Maaskant [http://www.floodland.nl/aim/info_bmd16n_1.htm BMD16] | + | |Bron= Huib Maaskant [https://www.floodland.nl/aim/info_bmd16n_1.htm Avontuur in miniatuur] |
| }} | | }} |
− | | + | Schematisch weergegeven ziet het er als volgt uit: (van links naar rechts) reed-contact, massadetectie, schakelrails. |
− | Schematisch weergegeven ziet het er als volgt uit: (van links naar rechts) reedcontact, massadetectie, schakelrails. | |
| {{Afbeelding | | {{Afbeelding |
− | |Bestand= DigitaalInfo_terugmelding_2_2.gif]] | + | |Bestand= DigitaalInfo_terugmelding_2_2.gif |
− | |Grootte= Klein | + | |Grootte= 650px |
− | |Volgnummer= E10.05-04 | + | |Volgnummer= 04 |
| |Omschrijving= Schematische weergave van de diverse detectie-mogelijkheden | | |Omschrijving= Schematische weergave van de diverse detectie-mogelijkheden |
− | |Bron= Huib Maaskant - [http://www.floodland.nl/aim/ Avontuur in miniatuur] | + | |Bron= Huib Maaskant - [https://www.floodland.nl/aim Avontuur in miniatuur] |
| }} | | }} |
− | | + | === Oppassen bij H-bug in centrale en/of boosters === |
| + | Vanwege de H-brug in diverse centrales en boosters mogen in geen geval de bezetmelders van de versie DR4088-GND tegen de massa, wat gebruikelijk is bij het 3-railsysteem, worden gebruikt. Dit leidt onherroepelijk tot een defect van de H-brug. De meldprinten dienen dus geïsoleerd te zijn. Lees dus de gebruiksaanwijzing of er een H-brug in de centrale zit! Verdere informatie op het BNLS-forum (zie hieronder bij Meer informatie), |
| === Stroomdetectie === | | === Stroomdetectie === |
− | Stroomdetectie is een bezetmeldingstechniek die toepasbaar is op zowel Drie- als Tweerail. Stroomdetectie werkt - zoals de naam al zegt - op basis van het detecteren van stroom. | + | Stroomdetectie is een bezetmeldingstechniek die toepasbaar is op zowel twee- als drierail. [[Woorden - E#Elektrische stroom|stroom]]detectie werkt - zoals de naam al zegt - op basis van het detecteren van stroomverbruik. |
| | | |
− | Bij Tweerail isoleert u een deel van één spoorstaaf en daar sluit u de bezetmelder op aan. Zodra een trein (of loc) op dit gedeelte komt zal er, omdat de trein (of loc) een stroomverbruiker is, stroom gaan lopen over het bezetmeldcontact. Hierdoor detecteert de bezetmelder dus dat dit specifieke deel in gebruik is, en genereert een bezetmelding. Deze manier van detecteren is uiterst betrouwbaar, mits u de hieronder vermelde ''Diodeschakeling'' toepast. | + | Bij tweerail wordt een deel van één spoorstaaf geïsoleerd en daar wordt (via de rode draad) de bezetmelder op aangesloten. Zodra een stroomverbruiker (zoals loc, treinstel of verlicht railvoertuig) op dit gedeelte komt, zal er [[Woorden - E#Elektrische stroom|stroom]] gaan lopen door het bezetmeldcontact. Hierdoor detecteert de bezetmelder dat dit specifieke deel in gebruik is en genereert een bezetmelding. Deze manier van detecteren is uiterst betrouwbaar, mits de [[diodeschakeling]] wordt toepast. |
| | | |
− | Bij Drierail werkt dit hetzelfde, alleen nu isoleert u, of één van de spoorstaven, of de puntcontacten, en daar sluit u de bezetmelder op aan.<br /> | + | Bij drierail werkt dit hetzelfde, alleen hier wordt de spoorstaaf die aan de rode draad zit geïsoleerd, of de puntcontacten, (die aan de rode draad zitten) en daar wordt (via de rode draad) de bezetmelder op aangesloten. Er bestaan ook printen waarop de bezetmelder en de terugmelder gecombineerd zijn. |
− | Er bestaan ook printen waarop de bezetmelder en de terugmelder gecombineerd zijn. | |
| {{Afbeelding | | {{Afbeelding |
| |Bestand= DigitaalBM16N-SD.jpg | | |Bestand= DigitaalBM16N-SD.jpg |
| |Grootte= 275px | | |Grootte= 275px |
− | |Volgnummer= E10.05-05 | + | |Volgnummer= 05 |
− | |Omschrijving= 16-voudige stroomdetectie. | + | |Omschrijving= 16-voudige stroomdetectie BMD16N SD |
− | |Bron= Huib Maaskant [http://www.floodland.nl/aim/info_bmd16n_sd_1.htm BMD16N SD] | + | |Bron= Huib Maaskant [https://www.floodland.nl/aim/info_bmd16n_sd_1.htm Avontuur in miniatuur] |
| }} | | }} |
− |
| |
| Schematisch weergegeven ziet het er als volgt uit: | | Schematisch weergegeven ziet het er als volgt uit: |
| {{Afbeelding | | {{Afbeelding |
| |Bestand= DigitaalInfo_terugmelding_3_2.gif | | |Bestand= DigitaalInfo_terugmelding_3_2.gif |
− | |Grootte=6 50px | + | |Grootte= 650px |
− | |Volgnummer= E10.05-06 | + | |Volgnummer= 06 |
| |Omschrijving= Aansluitingen t.b.v. stroomdetectie. | | |Omschrijving= Aansluitingen t.b.v. stroomdetectie. |
− | |Bron= Huib Maaskant - [http://www.floodland.nl/aim/ Avontuur in miniatuur] | + | |Bron= Huib Maaskant - [https://www.floodland.nl/aim Avontuur in miniatuur] |
| }} | | }} |
− |
| |
| === Diodeschakeling === | | === Diodeschakeling === |
− | Bij het gebruik van stroomdetectie dient u voor de ongedetecteerde stukken een [[E16.03.03 - Diodeschakeling|diodeschakeling]] toe te passen. Hiermee worden mogelijke problemen met de bezetmelding voorkomen. | + | Bij het gebruik van [[Woorden - E#Elektrische stroom|stroom]]detectie moet voor de niet-gedetecteerde stukken een [[diodeschakeling]] (via de rode draad) worden toegepast. Hiermee worden mogelijke problemen met de bezetmelding voorkomen. |
− | | |
− | Nu we weten hoe alle vormen van bezetmelding werken, gaan we bekijken hoe we dit allemaal gaan aansluiten aan de centrale.
| |
− | | |
− | | |
− | === S88 ===
| |
− | Op dit moment is het S88-systeem één van de meest gangbare manieren om terugmelders/bezetmelders aan te sluiten. Het voordeel van deze melders is, dat ze vrij goedkoop zijn, en goed zelf te bouwen. Twee nadelen kenmerken het S88-systeem:
| |
− | | |
− | * Het ene is de storingsgevoeligheid van de kabels, waarmee u de melders aan elkaar koppelt. Hierop is tegenwoordig een oplossing bedacht in de vorm van S88-N, waarbij in plaats van de normale bandkabels, een netwerkkabel (een zogenaamde Patchcable) gebruikt wordt.
| |
− | | |
− | * Het andere nadeel is dat S88 één lange keten moet zijn. Dus aftakkingen zijn niet toegestaan. Nu is dit op een normale baan niet snel een probleem, maar het kan op grotere en complexere banen wel een probleem zijn.
| |
− | | |
− | | |
− | === Loconet ===
| |
− | De andere, steeds populairdere vorm van aansluiten, is middels Loconet. Loconet is een door Digitrax ontwikkeld protocol, waarbij u vrijwel elke structuur mag implementeren behalve een ring netwerk. Deze manier van aansluiten kenmerkt zich door een zeer betrouwbaar functioneren, waarbij het grote voordeel is dat op het Loconet veel meer dan alleen maar bezetmelders aangesloten kunnen worden.
| |
− | | |
− | Het nadeel van Loconet is eigenlijk alleen de prijs; gemiddeld genomen betaalt u het dubbele voor Loconet-melders.
| |
− | | |
− | Na enkele zelfbouw-initiatieven door handige hobbyïsten is door Uhlenbrock ook onderkent dat er een markt is voor een hybridevorm tussen deze twee systemen. Dus bracht dit bedrijf in 2010 de S88 - Loconetadapter op de markt. Hiermee zijn de voordelen van goedkope S88-bezetmelders te combineren met de toegestane structuur van Loconet en zijn betrouwbaarheid.
| |
− | | |
− | | |
− | === XpressNet ===
| |
− | XpressNet is een protocol van Lenz en wordt ook gebruikt voor de Roco Multimaus.
| |
− | Dit protocol kan ook gebruikt worden om Lenz stroomdetectiemelders aan te sluiten. Door het verschijnen van zelfbouwprojecten zoals de [http://www.tinet.cat/~fmco/download_en.html GenLI-S88] van Paco of de [http://www.sleutelspoor.nl/technieken/s88XPressNetLI.htm S88XpressNetLI] van Karst Drenth, waarmee S88 kan worden gebruikt op XpressNet, is de specifieke Lenz/Roco -melder niet meer noodzakelijk op het XpressNet.
| |
| | | |
| + | Aansluiten op de centrale gaat als volgt: |
| + | ==== S88 ==== |
| + | Op dit moment is het S88-systeem één van de meest gangbare manieren om terugmelders/bezetmelders aan te sluiten. Het voordeel van deze melders is dat ze vrij goedkoop zijn en goed zelf te bouwen. Twee nadelen kenmerken het S88-systeem: |
| + | # storingsgevoeligheid van de kabels, waarmee de melders aan elkaar zijn gekoppeld. Hiervoor is een oplossing bedacht in de vorm van S88-N, waarbij in plaats van de normale bandkabels een netwerkkabel (een zogenaamde "patchcable") gebruikt wordt. |
| + | # de S88 moet één lange keten zijn, aftakkingen zijn niet toegestaan. Dit is op een normale baan niet snel een probleem, maar op grotere en complexere banen wel. |
| + | ==== Ontstoring ==== |
| + | Karst Drenth gaf op het forum een tip om de stoorsignalen (die spookmeldingen veroorzaken) te onderdrukken: door het aanbrengen van weerstanden van 4700 Ω over de ingangen van de meldprint zijn valse bezetmeldingen goed te voorkomen. Zie [[Terugmelding en/of bezetmelding#Meer informatie|"Meer informatie"]]. (Lees ook bericht 8 t/m 17 in dat verslag.) |
| + | De noodzaak van het aanbrengen van de weerstanden hangt, zoals in de praktijk is gebleken, erg af van de manier van bekabelen en de lengte van de gedetecteerde railsecties. |
| + | ==== Loconet ==== |
| + | De andere, steeds populairdere vorm van aansluiten is middels Loconet. Dit is een door Digitrax ontwikkeld protocol, waarbij vrijwel elke structuur geïmplementeerd kan worden, behalve een ringnetwerk. Deze manier van aansluiten kenmerkt zich door een zeer betrouwbaar functioneren, waarbij het grote voordeel is dat op het Loconet veel meer dan alleen maar bezetmelders aangesloten kunnen worden. Het nadeel van Loconet is alleen de prijs; gemiddeld genomen kost dit het dubbele van S88 melders. |
| | | |
| + | Na enkele zelfbouw-initiatieven door handige hobbyïsten is door Uhlenbrock ook onderkend dat er een markt is voor een hybridevorm tussen deze twee systemen, dus bracht dit bedrijf in 2010 de S88 - Loconetadapter op de markt. Hiermee zijn de voordelen van goedkope S88-bezetmelders te combineren met de toegestane structuur van Loconet en zijn betrouwbaarheid. |
| + | ==== XpressNet ==== |
| + | XpressNet is een protocol van Lenz en dit wordt ook gebruikt voor de Roco Multimaus. Dit protocol kan ook gebruikt worden om Lenz [[Woorden - E#Elektrische stroom|stroom]]detectiemelders aan te sluiten. Door het verschijnen van zelfbouwprojecten zoals de "[[S88XpressNetLI]]" van Karst Drenth en Wim Ros), waarmee S88 kan worden gebruikt met XpressNet, is de specifieke Lenz/Roco -melder niet meer noodzakelijk op het XpressNet. |
| + | ==== Boosters ==== |
| + | Bij gebruik van boosters moeten we er op letten dat de J- en K-draden van de bezet/terugmelders op het stuk rails aangesloten zijn wat met de booster verbonden is. Zie ook het artikel [[Inleiding boosters]] voor meer informatie. |
| {{Linkssectie begin | | {{Linkssectie begin |
| |Box= AlleenInfo | | |Box= AlleenInfo |
Regel 133: |
Regel 115: |
| }} | | }} |
| {{Link intern | | {{Link intern |
− | |Link= E16.03.03 - Diodeschakeling | + | |Link= Bedrading aan spoorstaaf solderen |
− | |Linknaam= De diodeschakeling | + | |Linknaam= Bedrading aan spoorstaaf solderen |
| }} | | }} |
| {{Link intern | | {{Link intern |
− | |Link= E16.02.07_-_Detectieschakelingen | + | |Link= Detectieschakelingen |
| |Linknaam= Detectieschakelingen | | |Linknaam= Detectieschakelingen |
| }} | | }} |
| {{Link intern | | {{Link intern |
− | |Link= E10.05.01 - Uhlenbrock Loconet-adapter 63840 | + | |Link= Digitale baanbesturing |
| + | |Linknaam= Digitale baanbesturing |
| + | }} |
| + | {{Link intern |
| + | |Link= Isoleren van Märklin C-rails |
| + | |Linknaam= Isoleren van Märklin C-rails |
| + | }} |
| + | {{Link intern |
| + | |Link= Raillassen en overgangsrails |
| + | |Linknaam= Raillassen en overgangsrails |
| + | }} |
| + | {{Link intern |
| + | |Link= Treingestuurd rijden |
| + | |Linknaam= Treingestuurd rijden |
| + | }} |
| + | {{Link intern |
| + | |Link= Uhlenbrock Loconet-adapter 63840 |
| |Linknaam= Uhlenbrock Loconet-adapter 63840 | | |Linknaam= Uhlenbrock Loconet-adapter 63840 |
| + | }} |
| + | {{Link intern |
| + | |Link= Uitleg LocoNet |
| + | |Linknaam= Uitleg LocoNet |
| }} | | }} |
| {{Linkssectie tussenkop | | {{Linkssectie tussenkop |
− | |Koptekst= Externe websites: | + | |Koptekst= Beneluxspoor.net: |
| }} | | }} |
− | {{Linkssectie tussenkop | + | {{Linkssectie scheiding}} |
− | |Koptekst= Meer over terugmelding/bezetmelding | + | {{Link Forum-Meerkeuze |
− | |Lijn= Geen | + | |Volgnr= 5 |
| + | |ExtraInfo= Ontstoormethode voor S88-melders. |
| }} | | }} |
− | {{Link extern | + | {{Linkssectie scheiding}} |
− | |Link= http://www.tinet.cat/~fmco/download_en.html | + | {{Link Forum-Meerkeuze |
− | |Omschrijving= GenLI-S88 | + | |Volgnr= 178 |
| + | |ExtraInfo= Informatie over H-brug. |
| }} | | }} |
− | {{Link extern | + | {{Linkssectie tussenkop |
− | |Link= http://www.sleutelspoor.nl/technieken/s88XPressNetLI.htm | + | |Koptekst= Externe websites (meer over terugmelding/bezetmelding): |
− | |Omschrijving= Karst Drenth/Wim Ros
| |
− | |ExtraInfo= S88XpressNetLI
| |
| }} | | }} |
− | {{Link extern | + | {{Linkssectie scheiding}} |
− | |Link= http://www.floodland.nl/aim
| + | {{Link Algemeen-Meerkeuze |
− | |Omschrijving= Huib Maaskant | + | |Volgnr= 44 |
− | |ExtraInfo= Avontuur in miniatuur | + | |ExtraInfo= Avontuur in miniatuur (Huib Maaskant) |
| }} | | }} |
| {{Linkssectie einde | | {{Linkssectie einde |
| }} | | }} |
− |
| |
| {{Gerelateerde termen | | {{Gerelateerde termen |
| |Termen= Marklin, Maerklin, Mærklin | | |Termen= Marklin, Maerklin, Mærklin |
| }} | | }} |
| {{Voettekst | | {{Voettekst |
− | |Vorige= E10.04.02 - Puntstuk wissel polariseren | + | |Vorige= Melding |
− | |Volgende= E10.05.01 - Uhlenbrock Loconet-adapter 63840 | + | |Volgende= Detectie van goederenwagens/rijtuigen |
− | }} | + | |VorigeMenu= Melding |
− | [[Categorie: Alles|T]] | + | }} {| width= "100%" |
− | [[Categorie: Artikel|Terugmelding]] | + | |- valign= "top" |
| + | ! scope= "row" width="70%" | |
| + | | <small>Laatste wijziging: 8 feb 2025 11:06 (CET)</small> |
| + | |}[[Categorie: Alles|T]] |
| + | [[Categorie: Artikel|Terugmelding en/of bezetmelding]] |
| [[Categorie: Bedrading|T]] | | [[Categorie: Bedrading|T]] |
| [[Categorie: Baanbesturing|T]] | | [[Categorie: Baanbesturing|T]] |
− | [[Categorie: Detectie|T]] | + | [[Categorie: Bezetmelding/Terugmelding|T]] |
| [[Categorie: Digitale baanbesturing|T]] | | [[Categorie: Digitale baanbesturing|T]] |
| + | [[Categorie: Digitaal treingestuurd|T]] |
| + | [[Categorie: LocoNet|T]] |
| + | [[Categorie: S88|T]] |
| + | [[Categorie: Spoorwegbouw|T]] |
| + | [[Categorie: XpressNet|T]] |
| [[Categorie: Fred Stevens|T]] | | [[Categorie: Fred Stevens|T]] |
Onder redactie van: BeneluxSpoor.net / Auteur: Fred Stevens
Nu er digitaal gereden kan worden en de wissels digitaal omgezet kunnen worden, is de basis gelegd voor het geautomatiseerd rijden. Mensen kunnen zien waar een trein zich op de modelbaan bevindt, met handen om de rijregelaar en de wissels te bedienen.
Als dit door een computer gedaan moet worden, dan moet de computer "handen", "ogen" en "hersens" krijgen. Met deze drie onderdelen kan de computer de modeltreinen laten rijden. In dit en de volgende hoofdstukken wordt uitgelegd wat de ogen, handen en de hersenen van de computer zijn. Om iets te melden aan de computer kan gebruik gemaakt worden van een terugmelder of een bezetmelder.
Terugmelder
Een terugmelder is een voorziening om informatie terug te sturen naar een centraal systeem. Die informatie kan een bezetmelding zijn, maar ook vele andere signalen die aan de centrale doorgegeven kunnen worden, zoals wisselstand, een knopje op een bedieningspaneel of een contactschakelaar tussen de rails. Er bestaan verschillende terugmeldsystemen, afhankelijk van het type centrale dat gebruikt wordt. Een paar bekende systemen zijn S88 en RS, maar er zijn er nog veel meer.
Bezetmelder
Een bezetmelder is een voorziening om het bezet zijn van een blok te detecteren. Er zijn verschillende types: d.m.v. stroomverbruik, met reed-contact, d.m.v. schakelrails, via lichtsluizen of via massadetectie. Elk systeem om een bezette sectie te detecteren is een bezetmelder. Meestal wordt hiermee het stukje elektronica bedoeld dat d.m.v. stroomdetectie bepaalt of er een stroomverbruiker op het spoor staat, zoals;
- een locomotief;
- een wagon met licht (lampjes of led-strips);
- of een wagon met een weerstand tussen de wielen.
Kort samengevat; een "bezetmelder" detecteert een bezet spoor, een "terugmelder" stuurt informatie terug naar de centrale. Dikwijls worden beide als één geheel aangeboden en dit heet dan een gecombineerde terug/bezetmelder.
De terugmelding/bezetmelding zijn "de ogen" van de computer. Hierdoor "weet" de computer waar een locomotief zich op de modelbaan bevindt.
Terugmelders/bezetmelders
Terug- of bezetmelders zijn er in veel verschillende varianten. De meest bekende vormen van terugmelding/bezetmelding zijn de volgende:
- Reed-contacten (terugmelding);
- Schakelrails (terugmelding);
- Massadetectie (terugmelding);
- stroomdetectie (bezetmelding), aangesloten op een terugmelder (twee aparte printen);
- Stroomdetectie (gecombineerde bezetmelding en terugmelding op één print).
|
Reed-contacten
Reed-contacten en schakelrails zijn zogenaamde pulscontacten. Wanneer een loc of treinstel voorbij rijdt, genereren ze heel kort een pulsje, dat door de computer moet worden gezien. Het reed-contact is een schakelaartje in een glazen buisje. Dit schakelaartje wordt geactiveerd wanneer er een magneet in de buurt komt. Door een reed-contact tussen de spoorstaven te plaatsen en een magneetje onder de trein te bevestigen, zal bij het voorbijrijden van de trein het reed-contact heel kort bekrachtigd worden.
Fout bij het aanmaken van de miniatuurafbeelding: Bestand is zoek
|
Afbeelding: 01
|
Reed-contact
|
Bron: André Karwath en Wikipedia
|
Schakelrails
Märklin biedt speciale schakelrails aan. Deze rails is voorzien van twee kleine pallen die boven de railbedding uitsteken en twee schakelaars bedienen. De sleper onder de loc drukt - afhankelijk van de rijrichting - de ene of de andere schakelaar kortstondig in.
|
Afbeelding: 02
|
Märklin schakelrails
|
Bron: Conrad.nl
|
Massadetectie
Massadetectie is een terug/bezetmeldtechniek voor drierail. Bij drierail staat de plus (via de rode draad) op de puntcontacten en de massa (via de bruine draad) op de spoorstaven. Eén spoorstaaf moet worden geïsoleerd door middel van twee isolatielassen. Op deze geïsoleerde spoorstaaf wordt de terugmelder/bezetmelder aangesloten. Wanneer een loc of treinstel over de geïsoleerde spoorstaaf rijdt en daarmee dus beide spoorstaven verbindt (de wielen zijn namelijk elektrisch met elkaar verbonden), genereert dit een terugmelding/bezetmelding. Het systeem "weet" nu dat er zich een loc of treinstel bevindt op de plek van die melder.
Bij massadetectie is de kans op een correcte terugmelding/bezetmelding veel groter dan bij een reed-contact of schakelrails. Een reed-contact of een schakelrails geven maar één enkele puls af en als die gemist wordt (of niet komt), zal er geen terugmelding/bezetmelding plaatsvinden. Bij massadetectie is er, als gevolg van de lengte van het geïsoleerde deel van de spoorstaaf, een veel grotere kans op detectie en daarmee neemt de betrouwbaarheid sterk toe. Zie ook het artikel Isoleren van Märklin C-rails.
Schematisch weergegeven ziet het er als volgt uit: (van links naar rechts) reed-contact, massadetectie, schakelrails.
|
Afbeelding: 04
|
Schematische weergave van de diverse detectie-mogelijkheden
|
Bron: Huib Maaskant - Avontuur in miniatuur
|
Oppassen bij H-bug in centrale en/of boosters
Vanwege de H-brug in diverse centrales en boosters mogen in geen geval de bezetmelders van de versie DR4088-GND tegen de massa, wat gebruikelijk is bij het 3-railsysteem, worden gebruikt. Dit leidt onherroepelijk tot een defect van de H-brug. De meldprinten dienen dus geïsoleerd te zijn. Lees dus de gebruiksaanwijzing of er een H-brug in de centrale zit! Verdere informatie op het BNLS-forum (zie hieronder bij Meer informatie),
Stroomdetectie
Stroomdetectie is een bezetmeldingstechniek die toepasbaar is op zowel twee- als drierail. stroomdetectie werkt - zoals de naam al zegt - op basis van het detecteren van stroomverbruik.
Bij tweerail wordt een deel van één spoorstaaf geïsoleerd en daar wordt (via de rode draad) de bezetmelder op aangesloten. Zodra een stroomverbruiker (zoals loc, treinstel of verlicht railvoertuig) op dit gedeelte komt, zal er stroom gaan lopen door het bezetmeldcontact. Hierdoor detecteert de bezetmelder dat dit specifieke deel in gebruik is en genereert een bezetmelding. Deze manier van detecteren is uiterst betrouwbaar, mits de diodeschakeling wordt toepast.
Bij drierail werkt dit hetzelfde, alleen hier wordt de spoorstaaf die aan de rode draad zit geïsoleerd, of de puntcontacten, (die aan de rode draad zitten) en daar wordt (via de rode draad) de bezetmelder op aangesloten. Er bestaan ook printen waarop de bezetmelder en de terugmelder gecombineerd zijn.
Schematisch weergegeven ziet het er als volgt uit:
Diodeschakeling
Bij het gebruik van stroomdetectie moet voor de niet-gedetecteerde stukken een diodeschakeling (via de rode draad) worden toegepast. Hiermee worden mogelijke problemen met de bezetmelding voorkomen.
Aansluiten op de centrale gaat als volgt:
S88
Op dit moment is het S88-systeem één van de meest gangbare manieren om terugmelders/bezetmelders aan te sluiten. Het voordeel van deze melders is dat ze vrij goedkoop zijn en goed zelf te bouwen. Twee nadelen kenmerken het S88-systeem:
- storingsgevoeligheid van de kabels, waarmee de melders aan elkaar zijn gekoppeld. Hiervoor is een oplossing bedacht in de vorm van S88-N, waarbij in plaats van de normale bandkabels een netwerkkabel (een zogenaamde "patchcable") gebruikt wordt.
- de S88 moet één lange keten zijn, aftakkingen zijn niet toegestaan. Dit is op een normale baan niet snel een probleem, maar op grotere en complexere banen wel.
Ontstoring
Karst Drenth gaf op het forum een tip om de stoorsignalen (die spookmeldingen veroorzaken) te onderdrukken: door het aanbrengen van weerstanden van 4700 Ω over de ingangen van de meldprint zijn valse bezetmeldingen goed te voorkomen. Zie "Meer informatie". (Lees ook bericht 8 t/m 17 in dat verslag.)
De noodzaak van het aanbrengen van de weerstanden hangt, zoals in de praktijk is gebleken, erg af van de manier van bekabelen en de lengte van de gedetecteerde railsecties.
Loconet
De andere, steeds populairdere vorm van aansluiten is middels Loconet. Dit is een door Digitrax ontwikkeld protocol, waarbij vrijwel elke structuur geïmplementeerd kan worden, behalve een ringnetwerk. Deze manier van aansluiten kenmerkt zich door een zeer betrouwbaar functioneren, waarbij het grote voordeel is dat op het Loconet veel meer dan alleen maar bezetmelders aangesloten kunnen worden. Het nadeel van Loconet is alleen de prijs; gemiddeld genomen kost dit het dubbele van S88 melders.
Na enkele zelfbouw-initiatieven door handige hobbyïsten is door Uhlenbrock ook onderkend dat er een markt is voor een hybridevorm tussen deze twee systemen, dus bracht dit bedrijf in 2010 de S88 - Loconetadapter op de markt. Hiermee zijn de voordelen van goedkope S88-bezetmelders te combineren met de toegestane structuur van Loconet en zijn betrouwbaarheid.
XpressNet
XpressNet is een protocol van Lenz en dit wordt ook gebruikt voor de Roco Multimaus. Dit protocol kan ook gebruikt worden om Lenz stroomdetectiemelders aan te sluiten. Door het verschijnen van zelfbouwprojecten zoals de "S88XpressNetLI" van Karst Drenth en Wim Ros), waarmee S88 kan worden gebruikt met XpressNet, is de specifieke Lenz/Roco -melder niet meer noodzakelijk op het XpressNet.
Boosters
Bij gebruik van boosters moeten we er op letten dat de J- en K-draden van de bezet/terugmelders op het stuk rails aangesloten zijn wat met de booster verbonden is. Zie ook het artikel Inleiding boosters voor meer informatie.
Meer informatie
Encyclopedie
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Beneluxspoor.net:
|
|
Ontstoormethode voor S88-melders.
|
|
Informatie over H-brug.
|
Externe websites (meer over terugmelding/bezetmelding):
|
|
Avontuur in miniatuur (Huib Maaskant)
|
Gerelateerde termen: Marklin, Maerklin, Mærklin
|
Laatste wijziging: 8 feb 2025 11:06 (CET)
|