|
|
(32 tussenliggende versies door 3 gebruikers niet weergegeven) |
Regel 6: |
Regel 6: |
| }} | | }} |
| {{Inhoudsopgave||Klein}} | | {{Inhoudsopgave||Klein}} |
− | | + | Met het [[Faller Car System]] (FCS) kan de '''[[Faller 161772 verkeersregeling]] met servo''' gebruikt worden. Daarvoor moet een servo-aansturing toegevoegd worden. De [[Woorden - S#Servo|servo]] wordt bediend via dezelfde aansluitingen (+ en A5) als de gewone Faller-wissel. |
− | De verkeersregeling van voorgaande pagina kan ook gebruikt worden i.c.m. een servo. Daarvoor moet een servo-aansturing toegevoegd worden. De servo wordt dan bediend via dezelfde aansluitingen (+ en A5) als de gewone Faller- wissel.
| + | === De werking === |
− | | + | Onder een FCS voertuig moet op de juiste plaats een extra magneetje gemonteerd worden. Het voertuig passeert sensor 3 en daarna sensor 1. De extra magneet activeert sensor 1, waarna de wegsplitsing gedurende 1 seconde in de stand "afbuigen" wordt gezet door de servo. Het voertuig buigt af en passeert daarna met de extra magneet sensor 2. Sensor 2 activeert nu de [[Woorden - M#Module|module]] waardoor de stopspoel op de halte (zie afb. 03) spanning krijgt. Op hetzelfde moment gaat de wachttijd in. Zodra het voertuig bij "Halte" aangekomen is, stopt het. |
| {{Afbeelding | | {{Afbeelding |
| |Bestand= Aansl-schema Faller 1772 en servo-aansturing-01.gif | | |Bestand= Aansl-schema Faller 1772 en servo-aansturing-01.gif |
Regel 17: |
Regel 17: |
| |Type= Schema | | |Type= Schema |
| }} | | }} |
− |
| |
− | === De werking ===
| |
− | U moet een voertuig (bijv. een bus) hebben, waaronder een extra magneet op de juiste plaats gemonteerd is. Het voertuig passeert sensor 3 en daarna sensor 1. De magneet activeert sensor 1, waarna de wegsplitsing gedurende 1 seconde op 'afbuigen' wordt gezet, d.m.v. de servo. Het voertuig buigt af en passeert daarna met de extra magneet sensor 2. Sensor 2 activeert nu de module en de stopspoel op de halte krijgt spanning. Zodra het voertuig bij 'Halte' aangekomen is, stopt het.
| |
− |
| |
| === Wachttijd === | | === Wachttijd === |
− | De wachttijd kan van 7 t/m 35 seconden ingesteld ingesteld worden met P1. | + | De wachttijd kan met P1 van 7 t/m 35 seconden ingesteld worden. |
− | | |
− | | |
| === Het overige verkeer === | | === Het overige verkeer === |
| Alle voertuigen die over sensor 3 rijden, gaan gewoon rechtdoor. Wanneer een voertuig sensor 3 passeert, wordt de wachttijd opnieuw gestart. Pas wanneer er langere tijd geen voertuigen over sensor 3 rijden, krijgt het voertuig bij de stopspoel toestemming om te vertrekken.<br /> | | Alle voertuigen die over sensor 3 rijden, gaan gewoon rechtdoor. Wanneer een voertuig sensor 3 passeert, wordt de wachttijd opnieuw gestart. Pas wanneer er langere tijd geen voertuigen over sensor 3 rijden, krijgt het voertuig bij de stopspoel toestemming om te vertrekken.<br /> |
− | Wanneer er voertuigen naderen die voorzien zijn van een extra magneet, rijden deze gewoon door, totdat de stopplaats vrij is. | + | Wanneer er voertuigen naderen die voorzien zijn van een extra magneetje dan rijden deze ook gewoon door, totdat de stopplaats vrij is. |
− | | + | === Werkvolgorde === |
− | | + | De beste volgorde van de werkzaamheden i.v.m het wissel en de aansturing is: |
− | === De positie van de sensoren === | + | * plaats eerst het wissel; |
− | Sensoren 1 en 2 bevinden zich naast de rijdraad. Sensor 3 bevindt zich in een onderbreking van de rijdraad.
| + | * monteer de rijdraad van de halteplaats; |
− | | + | * meet de slag van de onderste arm op (de afstand die het oog aflegt van doorgaand naar afslaand); |
− | | + | * stel de TM 72726 "Mode" in op "continue"; |
| + | * sluit de servo aan op de TM 72726 volgens de kleuren in afbeelding 01; |
| + | * stel de servo af (slag net zo groot als de slag van het wissel, arm in ruststand volgens afbeelding 04); |
| + | * stel daarna de snelheid van de servo-arm in; |
| + | * monteer de servo onder de plaat, met de arm schuin naar beneden volgens afbeelding 04; |
| + | * monteer de TM 72726 onder de plaat (houd hierbij rekening met de lengte van aansluitkabel van de servo); |
| + | * sluit daarna de servo aan op de TM 72726 (let op de juiste positie van de stekker); |
| + | * sluit daarna de bedrading naar de 16 volt<big>~</big> aan; |
| + | * verbind de arm van het wissel met de servo; |
| + | * daarna de slag van de servo fijn afregelen, zodat het wissel in de juiste posities stopt (zie ook: [[#Testen van de servo-posities|Testen van de servo-posities]]); |
| + | * daarna de 1772 op zijn plaats monteren en de bedrading van de 16 volt<big>~</big> aansluiten. Houd hierbij rekening met de lengte van de draden naar de sensoren. |
| + | === Testen van de servo-posities === |
| + | Sluit na het afstellen van de [[Woorden - S#Servo|servo] de ingang "In 1" even aan op de 16 volt<big>~</big> aansluiting (tijdelijk een paar extra draden aansluiten op de spanning-ingang van de TM 72726 en de draden even op ingang "In 1" houden). Dan is te zien of de servo in de juiste positie komt. Zo, niet, dan beter afstellen. Let op! De draden + en A5 van de 1772 naar de TM 72726 nog niet aansluiten. |
| === Het wissel === | | === Het wissel === |
| {{Afbeelding | | {{Afbeelding |
Regel 43: |
Regel 49: |
| |Type= Tekening | | |Type= Tekening |
| }} | | }} |
− | | + | Een voorbeeld voor het maken van het wissel: neem een stukje rijdraad en buig dit haaks om zoals in afbeelding 02. Maak nu een lagerbus van bijvoorbeeld een afgeknipt wattenstaafje. Maak in de plaat, op de plaats waar het scharnierpunt komt, een gat waar de lagerbus strak in past. De lagerbus komt gelijk met de bovenzijde van de (nog te maken) verlaging en moet circa 2 mm onder de plaat uitsteken. Steek nu het haaks omgebogen stuk draad van boven af in de lagerbus. Teken nu de beide eindposities van het wissel af. |
− | Een voorbeeld voor het maken van het wissel: neem een stukje rijdraad en buig dit haaks om zoals in afbeelding 02. | |
− | Maak nu een lagerbus van bijvoorbeeld een afgeknipt wattenstaafje. Maak in de plaat, op de plaats waar het scharnierpunt komt, een gat waar de lagerbus strak in past. De lagerbus komt gelijk met de bovenzijde van de (nog te maken) verlaging en moet circa 2 mm onder de plaat uitsteken. Steek nu het haaks omgebogen stuk draad in de lagerbus. Teken nu de beide eindposities van het wissel af. | |
− | | |
| {{Afbeelding | | {{Afbeelding |
| |Bestand= Rijdraad-wisselscharnier-02.gif | | |Bestand= Rijdraad-wisselscharnier-02.gif |
Regel 52: |
Regel 55: |
| |Volgnummer= 03 | | |Volgnummer= 03 |
| |Omschrijving= Wissel-constructie (zij-aanzicht en bovenaanzicht). | | |Omschrijving= Wissel-constructie (zij-aanzicht en bovenaanzicht). |
− | |Maker= Fred Eikelboom | + | |Maker= Fred Eikelboom<br /><br /> |
| |Type= Tekening | | |Type= Tekening |
| + | |Positie= Links |
| }} | | }} |
− | | + | <br clear = "all"> |
− | Maak nu een verlaging in de plaat ter dikte van iets meer dan de rijdraad-dikte, zodat het wissel straks vrij onder het wegoppervlak kan bewegen. Het oranje gedeelte moet dieper gemaakt worden. (zie afbeelding 03). Neem nu een enkele kroonsteen, verwijder het kunststof en zaag deze doormidden. Monteer nu de halve kroonsteen om de as van het wissel, zodat het wissel niet naar boven bewogen kan worden. Zorg wel voor een beetje speling, want de wissel-draad moet soepel kunnen bewegen (zie afbeelding 03). Eventueel een metalen- of kunststof ring tussen lagerbus en kroonsteen aanbrengen.<br /> | + | Maak nu een verlaging in de plaat ter dikte van iets meer dan de rijdraad-dikte, zodat het wissel straks vrij onder het wegoppervlak kan bewegen. Het oranje gedeelte moet dieper gemaakt worden. (zie afbeelding 03). Neem nu een enkele kroonsteen, verwijder het kunststof en zaag deze doormidden. Monteer nu de halve kroonsteen om de as van het wissel, zodat het wissel niet naar boven bewogen kan worden. Zorg wel voor een beetje [[Woorden - S#Speling|speling]], want de wissel-draad moet soepel kunnen bewegen (zie afbeelding 03). Eventueel een metalen- of kunststof ring tussen lagerbus en kroonsteen aanbrengen.<br />Bepaal de positie van de servo wanneer dat werk gereed is. Hieraan is een koppelstukje (verbindingsstang) bevestigd (zie afbeelding 04), dat straks verbonden wordt met het wissel. Dit vergt enig pas- en meetwerk. |
− | Wanneer dat gereed is, bepaalt u de positie van de servo. Hieraan heeft u een koppelstukje bevestigd, dat straks verbonden wordt met het wissel. Dit vergt enig pas en meetwerk.<br />
| + | {{Afbeelding |
− | | |
− | {{Afbeelding | |
| |Bestand= Servo-montage-01.gif | | |Bestand= Servo-montage-01.gif |
− | |Grootte= 400px | + | |Grootte= 355px |
| |Volgnummer= 04 | | |Volgnummer= 04 |
− | |Omschrijving= Bevestiging van servo en koppelstang. | + | |Omschrijving= Bevestiging van servo en koppelstang. Wissel en servo staan hier in de ruststand: "rechtdoor". |
− | |Maker= Fred Eikelboom | + | |Maker= Fred Eikelboom<br /><br /> |
| |Type= Tekening | | |Type= Tekening |
| + | |Positie= Rechts |
| }} | | }} |
| + | Nadat de [[Woorden - S#Servo|servo] gemonteerd is, buigen we het gedeelte van de draad dat onder de kroonsteen uitsteekt haaks om (zie afbeelding 03). Gebruik hierbij een tang om de kroonsteen te steunen, anders vervormt de draad erboven en draait het wissel niet meer soepel. Denk er daarbij aan, dat dit gebeurt in een zodanige positie dat de koppelstang goed met de servo verbonden kan worden. Maak nu een oog aan de draad waar straks de koppelstang in past (zie afbeelding 04). <br />Hierna de slag (beide eindposities) van de servo-arm afstellen. Verbind het wissel pas met de servo wanneer de slag juist is afgesteld anders is de kans groot dat er iets beschadigt. Daarna de eindposities van de servo exact afstellen, zodat het wissel in de juiste positie staat bij "rechtdoor" en "afbuigen". Sluit ook hierbij de ingang "In 1" even aan op de 16 volt<big>~</big> aansluiting, om te zien of de juiste stand(en) bereikt wordt. Verwijder nu de extra draden van de 16 volt<big>~</big> aansluiting naar ingang "In 1". Pas daarna de draden + en A5 van de 1772 naar de TM 72726 aansluiten. |
| + | === De positie van de sensoren === |
| + | Sensoren 1 en 2 bevinden zich naast de rijdraad. Sensor 3 bevindt zich in een onderbreking van de rijdraad. Maar... op welke afstand van het wissel moeten nu de sensoren 1, 2 en 3 geplaatst worden voor de besturing? De enige indicatie voor sensor 3 is de tijdsduur dat het wissel omklapt naar de afbuigende stand, namelijk 1 seconde. Dus het voertuig met de extra magneet moet binnen 1 seconde van sensor 3 naar het wissel rijden. Om dus de exacte afstand te weten, moet de rijsnelheid van het voertuig bekend zijn.<br /> |
| + | Sensor 1 moet op dezelfde afstand van de rijdraad gemonteerd worden als de afstand midden voertuig - midden extra magneet. Sensor 2 vergt enig testwerk. Hiervoor moet het voertuig rijdend de rijdraad naar de halte volgen. De zijwaartse positie van sensor 2 is namelijk afhankelijk van de afstand tussen de twee bochten na het wissel én de positie van de extra magneet op het voertuig. Stop het voertuig wanneer de extra magneet het wissel gepasseerd is en teken de plaats van de extra magneet (het midden ervan) af op de rijbaan. Boor hier een gat voor sensor 2. |
| + | === Meerdere voertuigen bij de halte === |
| + | Bij twee autobussen die om beurten kunnen stoppen bij de halte, is het zaak ervoor te zorgen dat de afstand stuurmagneet - extra magneet exact gelijk is. Zo niet, dan bestaat de kans dat de extra magneet van een van de voertuigen sensor 2 mist. Tevens dienen de extra magneten even ver van het midden van het voertuig te zitten. |
| + | === De spanningsvoorziening === |
| + | Voor de spanningsvoorziening adviseert Faller de transformator met artikelnummer 180641 (50 VA, 50-60 Hz). |
| | | |
− | Wanneer de servo gemonteerd is, buigt u het gedeelte van de draad, dat onder de kroonsteen uitsteekt haaks om (zie afbeelding 03), in een zodanige positie dat de koppelstang goed met de servo verbonden kan worden. Maak nu een oog aan de draad, waar straks de koppelstang in past.<br />
| + | Deze levert: |
− | Hierna gaat u de slag (beide eindposities) van de servo-arm afstellen. Pas wanneer de slag juist is afgesteld, verbindt u het wissel met de servo, anders is de kans groot dat er iets beschadigd.
| + | * 16 volt<big>~</big>, 3,15 A; |
− | | + | * 12 volt=, 0,6 A. Gestabiliseerd; |
− | | + | * 5 volt=, 0,6 A. Gestabiliseerd. |
| + | === Sensoren === |
| + | Voor de sensoren zijn de originele BV14123 te gebruiken, maar ook reedcontacten van een elektronica-onderdelen leverancier zijn bruikbaar. |
| + | === Update=== |
| + | '''Het bestelnummer 161772 is inmiddels vervangen door 161651.''' |
| + | === Gebruiksaanwijzing === |
| + | Deze is [https://medien.faller.de/xs_db/DOKUMENT_DB/www/anleitungen/161651_anl_01.pdf hier] te downloaden. |
| {{Linkssectie begin | | {{Linkssectie begin |
| |Box= AlleenInfo | | |Box= AlleenInfo |
Regel 89: |
Regel 106: |
| |Link= Veilig werken | | |Link= Veilig werken |
| |Linknaam= Veilig werken | | |Linknaam= Veilig werken |
| + | }} |
| + | {{Linkssectie scheiding}} |
| + | {{Linkssectie tussenkop |
| + | |Koptekst= Externe websites: |
| + | }} |
| + | {{Link Algemeen-overige |
| + | |Volgnr= 55 <!-- Faller --> |
| + | |ExtraInfo= Module 161651 (verkeersregeling). |
| + | }} |
| + | {{Link Algemeen-overige |
| + | |Volgnr= 56 <!-- Faller --> |
| + | |ExtraInfo= Sjabloon 161653 (bushalte/benzinestation). |
| + | }} |
| + | {{Link Algemeen-overige |
| + | |Volgnr= 57 <!-- Faller --> |
| + | |ExtraInfo= Gebruiksaanwijzing 161653 (bushalte/benzinestation). |
| + | }} |
| + | {{Link Algemeen-overige |
| + | |Volgnr= 58 <!-- Faller --> |
| + | |ExtraInfo= Aansluitschema 161651 (verkeersregeling). |
| + | }} |
| + | {{Link Algemeen-overige |
| + | |Volgnr= 30 |
| + | |ExtraInfo= TM 72726 (servo-aansturing). |
| + | }} |
| + | {{Link Algemeen-overige |
| + | |Volgnr= 31 |
| + | |ExtraInfo= Gebruiksaanwijzing TM 72726 (servo-aansturing). |
| }} | | }} |
| {{Linkssectie einde}} | | {{Linkssectie einde}} |
− | | + | {{Appendix |
| + | |1= bron |
| + | |2= |
| + | * [https://faller.de faller.de] |
| + | * [http://www.trainmodules.com trainmodules.com] |
| + | |LetterGrootte= 75% |
| + | |KaderBreedte= 100% |
| + | }} |
| {{Voettekst | | {{Voettekst |
| |Vorige= Faller 161772 verkeersregeling | | |Vorige= Faller 161772 verkeersregeling |
| |Volgende= Elektronica digitaal | | |Volgende= Elektronica digitaal |
| |VorigeMenu= Elektronica analoog | | |VorigeMenu= Elektronica analoog |
− | }} | + | }} {| width= "100%" |
− | | + | |- valign= "top" |
| + | ! scope= "row" width="70%" | |
| + | | <small>Laatste wijziging: 26 jan 2023 10:01 (UTC)</small> |
| + | |} |
| [[Categorie: Alles|F]] | | [[Categorie: Alles|F]] |
| [[Categorie: Artikel|Faller 161772 verkeersregeling met servo]] | | [[Categorie: Artikel|Faller 161772 verkeersregeling met servo]] |
Regel 108: |
Regel 163: |
| [[Categorie: Scenery|F]] | | [[Categorie: Scenery|F]] |
| [[Categorie: Technieken|F]] | | [[Categorie: Technieken|F]] |
| + | [[Categorie: Transformatoren|F]] |
| [[Categorie: Wissels|F]] | | [[Categorie: Wissels|F]] |
| [[Categorie: Fred Eikelboom|F]] | | [[Categorie: Fred Eikelboom|F]] |
Onder redactie van: BeneluxSpoor.net / Auteur: Fred Eikelboom
Met het Faller Car System (FCS) kan de Faller 161772 verkeersregeling met servo gebruikt worden. Daarvoor moet een servo-aansturing toegevoegd worden. De servo wordt bediend via dezelfde aansluitingen (+ en A5) als de gewone Faller-wissel.
De werking
Onder een FCS voertuig moet op de juiste plaats een extra magneetje gemonteerd worden. Het voertuig passeert sensor 3 en daarna sensor 1. De extra magneet activeert sensor 1, waarna de wegsplitsing gedurende 1 seconde in de stand "afbuigen" wordt gezet door de servo. Het voertuig buigt af en passeert daarna met de extra magneet sensor 2. Sensor 2 activeert nu de module waardoor de stopspoel op de halte (zie afb. 03) spanning krijgt. Op hetzelfde moment gaat de wachttijd in. Zodra het voertuig bij "Halte" aangekomen is, stopt het.
|
Afbeelding: 01
|
Aansluiting van servo op verkeersregel-module voor bushalte.
|
Schema gemaakt door: Fred Eikelboom
|
Wachttijd
De wachttijd kan met P1 van 7 t/m 35 seconden ingesteld worden.
Het overige verkeer
Alle voertuigen die over sensor 3 rijden, gaan gewoon rechtdoor. Wanneer een voertuig sensor 3 passeert, wordt de wachttijd opnieuw gestart. Pas wanneer er langere tijd geen voertuigen over sensor 3 rijden, krijgt het voertuig bij de stopspoel toestemming om te vertrekken.
Wanneer er voertuigen naderen die voorzien zijn van een extra magneetje dan rijden deze ook gewoon door, totdat de stopplaats vrij is.
Werkvolgorde
De beste volgorde van de werkzaamheden i.v.m het wissel en de aansturing is:
- plaats eerst het wissel;
- monteer de rijdraad van de halteplaats;
- meet de slag van de onderste arm op (de afstand die het oog aflegt van doorgaand naar afslaand);
- stel de TM 72726 "Mode" in op "continue";
- sluit de servo aan op de TM 72726 volgens de kleuren in afbeelding 01;
- stel de servo af (slag net zo groot als de slag van het wissel, arm in ruststand volgens afbeelding 04);
- stel daarna de snelheid van de servo-arm in;
- monteer de servo onder de plaat, met de arm schuin naar beneden volgens afbeelding 04;
- monteer de TM 72726 onder de plaat (houd hierbij rekening met de lengte van aansluitkabel van de servo);
- sluit daarna de servo aan op de TM 72726 (let op de juiste positie van de stekker);
- sluit daarna de bedrading naar de 16 volt~ aan;
- verbind de arm van het wissel met de servo;
- daarna de slag van de servo fijn afregelen, zodat het wissel in de juiste posities stopt (zie ook: Testen van de servo-posities);
- daarna de 1772 op zijn plaats monteren en de bedrading van de 16 volt~ aansluiten. Houd hierbij rekening met de lengte van de draden naar de sensoren.
Testen van de servo-posities
Sluit na het afstellen van de [[Woorden - S#Servo|servo] de ingang "In 1" even aan op de 16 volt~ aansluiting (tijdelijk een paar extra draden aansluiten op de spanning-ingang van de TM 72726 en de draden even op ingang "In 1" houden). Dan is te zien of de servo in de juiste positie komt. Zo, niet, dan beter afstellen. Let op! De draden + en A5 van de 1772 naar de TM 72726 nog niet aansluiten.
Het wissel
|
Afbeelding: 02
|
Wissel-constructie (zij-aanzicht en bovenaanzicht).
|
Tekening gemaakt door: Fred Eikelboom
|
Een voorbeeld voor het maken van het wissel: neem een stukje rijdraad en buig dit haaks om zoals in afbeelding 02. Maak nu een lagerbus van bijvoorbeeld een afgeknipt wattenstaafje. Maak in de plaat, op de plaats waar het scharnierpunt komt, een gat waar de lagerbus strak in past. De lagerbus komt gelijk met de bovenzijde van de (nog te maken) verlaging en moet circa 2 mm onder de plaat uitsteken. Steek nu het haaks omgebogen stuk draad van boven af in de lagerbus. Teken nu de beide eindposities van het wissel af.
|
Afbeelding: 03
|
Wissel-constructie (zij-aanzicht en bovenaanzicht).
|
Tekening gemaakt door: Fred Eikelboom
|
Maak nu een verlaging in de plaat ter dikte van iets meer dan de rijdraad-dikte, zodat het wissel straks vrij onder het wegoppervlak kan bewegen. Het oranje gedeelte moet dieper gemaakt worden. (zie afbeelding 03). Neem nu een enkele kroonsteen, verwijder het kunststof en zaag deze doormidden. Monteer nu de halve kroonsteen om de as van het wissel, zodat het wissel niet naar boven bewogen kan worden. Zorg wel voor een beetje speling, want de wissel-draad moet soepel kunnen bewegen (zie afbeelding 03). Eventueel een metalen- of kunststof ring tussen lagerbus en kroonsteen aanbrengen.
Bepaal de positie van de servo wanneer dat werk gereed is. Hieraan is een koppelstukje (verbindingsstang) bevestigd (zie afbeelding 04), dat straks verbonden wordt met het wissel. Dit vergt enig pas- en meetwerk.
|
Afbeelding: 04
|
Bevestiging van servo en koppelstang. Wissel en servo staan hier in de ruststand: "rechtdoor".
|
Tekening gemaakt door: Fred Eikelboom
|
Nadat de [[Woorden - S#Servo|servo] gemonteerd is, buigen we het gedeelte van de draad dat onder de kroonsteen uitsteekt haaks om (zie afbeelding 03). Gebruik hierbij een tang om de kroonsteen te steunen, anders vervormt de draad erboven en draait het wissel niet meer soepel. Denk er daarbij aan, dat dit gebeurt in een zodanige positie dat de koppelstang goed met de servo verbonden kan worden. Maak nu een oog aan de draad waar straks de koppelstang in past (zie afbeelding 04).
Hierna de slag (beide eindposities) van de servo-arm afstellen. Verbind het wissel pas met de servo wanneer de slag juist is afgesteld anders is de kans groot dat er iets beschadigt. Daarna de eindposities van de servo exact afstellen, zodat het wissel in de juiste positie staat bij "rechtdoor" en "afbuigen". Sluit ook hierbij de ingang "In 1" even aan op de 16 volt~ aansluiting, om te zien of de juiste stand(en) bereikt wordt. Verwijder nu de extra draden van de 16 volt~ aansluiting naar ingang "In 1". Pas daarna de draden + en A5 van de 1772 naar de TM 72726 aansluiten.
De positie van de sensoren
Sensoren 1 en 2 bevinden zich naast de rijdraad. Sensor 3 bevindt zich in een onderbreking van de rijdraad. Maar... op welke afstand van het wissel moeten nu de sensoren 1, 2 en 3 geplaatst worden voor de besturing? De enige indicatie voor sensor 3 is de tijdsduur dat het wissel omklapt naar de afbuigende stand, namelijk 1 seconde. Dus het voertuig met de extra magneet moet binnen 1 seconde van sensor 3 naar het wissel rijden. Om dus de exacte afstand te weten, moet de rijsnelheid van het voertuig bekend zijn.
Sensor 1 moet op dezelfde afstand van de rijdraad gemonteerd worden als de afstand midden voertuig - midden extra magneet. Sensor 2 vergt enig testwerk. Hiervoor moet het voertuig rijdend de rijdraad naar de halte volgen. De zijwaartse positie van sensor 2 is namelijk afhankelijk van de afstand tussen de twee bochten na het wissel én de positie van de extra magneet op het voertuig. Stop het voertuig wanneer de extra magneet het wissel gepasseerd is en teken de plaats van de extra magneet (het midden ervan) af op de rijbaan. Boor hier een gat voor sensor 2.
Meerdere voertuigen bij de halte
Bij twee autobussen die om beurten kunnen stoppen bij de halte, is het zaak ervoor te zorgen dat de afstand stuurmagneet - extra magneet exact gelijk is. Zo niet, dan bestaat de kans dat de extra magneet van een van de voertuigen sensor 2 mist. Tevens dienen de extra magneten even ver van het midden van het voertuig te zitten.
De spanningsvoorziening
Voor de spanningsvoorziening adviseert Faller de transformator met artikelnummer 180641 (50 VA, 50-60 Hz).
Deze levert:
- 16 volt~, 3,15 A;
- 12 volt=, 0,6 A. Gestabiliseerd;
- 5 volt=, 0,6 A. Gestabiliseerd.
Sensoren
Voor de sensoren zijn de originele BV14123 te gebruiken, maar ook reedcontacten van een elektronica-onderdelen leverancier zijn bruikbaar.
Update
Het bestelnummer 161772 is inmiddels vervangen door 161651.
Gebruiksaanwijzing
Deze is hier te downloaden.
Meer informatie
Externe websites:
|
|
Module 161651 (verkeersregeling).
|
|
Sjabloon 161653 (bushalte/benzinestation).
|
|
Gebruiksaanwijzing 161653 (bushalte/benzinestation).
|
|
Aansluitschema 161651 (verkeersregeling).
|
|
TM 72726 (servo-aansturing).
|
|
Gebruiksaanwijzing TM 72726 (servo-aansturing).
|
|
Laatste wijziging: 26 jan 2023 10:01 (UTC)
|